Waar zijn de vlinders gebleven?

Mei alweer! Wat vliegt de tijd! Ik moet zeggen dat ik een beetje confuus ben. De natuur deed in de maand maart al of het mei was. De eerste bewoonde mussennesten werden gesignaleerd. Vele soorten vlinders in hun bonte schoonheid gedroegen zich alsof er al volop nectar te vinden was. Nu groeiden de boterbloemen welig – zoals immer – maar dat bleek toch niet voldoende om al die vlinders te voeden. Ook de nachtvorst en andere koude dagen lijken het aantal vlinders te hebben gedecimeerd. Het gemis van vlinders – nu in mei – is frappant. Maar het komt vast goed.

Niet alleen de seizoenen zijn grillig. Zo besloten we vandaag om de naam van ThuisHuis HouseMartin te veranderen in Respijthuis HouseMartin. Het begrip ‘thuishuis’ blijkt voor veel onbegrip te zorgen. Telkens weer moeten we uitleggen wat we bedoelen met die term. En steeds blijkt het begrip ‘respijthuis’ beter te beschrijven wat we beogen met HouseMartin: een veilig onderkomen waar daklozen kort kunnen verblijven om te herstellen van ziek, zwak of misselijk zijn. Zo’n besluit is snel genomen maar dat geldt niet voor de implementatie! Niet alleen moeten alle relevante teksten aangepast worden, inclusief diegene die net op de website staan, ook het webadres moet gewijzigd worden. Maar dat is gelukt!

Voortaan kunt u ons volgen op https://respijthuishousemartin.com.

En dan de website zelf. We willen graag in aanmerking komen voor de ANBI status. Een van de voorwaarden voor het in verkrijgen van deze status is het hebben van een website met daarop een beleidsplan dat beschrijft wat de Stichting beoogt te bereiken. Bij gebrek aan financiële middelen heb ik de uitdaging op mij genomen om deze website zelf te maken. Dat spaart geld uit maar blijkt ook veel tijd te vragen. Techniek en ik zijn geen gelukkige combinatie. Al ruim een maand ben ik verbeten bezig met het doorgronden van programma’s als Worldpress en Elementor. Frustratie en blijdschap wisselen elkaar af. Het is als een wals: drie passen voorwaarts en twee achterwaarts, vallen en opstaan. Ik had gedacht deze klus wel even vlug te klaren maar dat valt dus dik tegen, the devil is in the detail. Ondertussen is er bijna één pagina af waar ik tevreden over ben. De volgende achttien pagina’s behoeven nog mijn onversneden aandacht. Maar ervaring geeft vleugels, het gaat lukken.

Een andere dringende activiteit is het formuleren van het vrijwilligersbeleid. Wat voor vrijwilligers zoeken we? In ieder geval mensen die begaan zijn met de doelgroep. Een multiculturele samenstelling van het vrijwilligersbestand is ook belangrijk. Daarnaast is talenkennis van groot belang. Graag willen we dat onze bezoekers zich gehoord voelen en dat ze in hun eigen taal kunnen vertellen wat er aan scheelt. Er zijn binnen korte tijd al enkele vrijwilligers gevonden die de taalgebieden: Urdu, Farsi, Armeens, Pools, Russisch, Engels, Italiaan, Frans en natuurlijk Nederlands beheersen. Een veelbelovend begin.

Tenslotte overwegen we ook om in het najaar met de PleisterPlaats te starten. Er zijn enkele locaties in Den Haag waar dat eventueel zou kunnen. Nu is het van belang om goed af te wegen welke plek de beste is. Ook moeten we verder uitwerken welke diensten we precies gaan bieden en wie wel en (nog belangrijker) wie niet tot de doelgroep behoort waarvoor de PleisterPlaats wordt opgezet. Allemaal kleine hordes die ik samen met mijn collega bestuurders mag nemen om tot de finish te komen.